Het doel van dit onderdeel is het registreren, ondertekenen en vaststellen van de door studenten behaalde resultaten van cursussen en toetsen.

De gegevens van een resultaat bij een cursus zijn alleen leesbaar voor gebruikers die eigenaar zijn van de cursus. Resultaten gezien vanuit een student zijn leesbaar voor de eigenaar van de cursus en voor een medewerker (backoffice) die gekoppeld is aan de opleiding van de student (eigen student).

Voor resultaatinvoer is het noodzakelijk dat de cursus de statusDefinitiefheeft, alleen dan kunnen resultaten ingevoerd worden.

In de volgende paragrafen zullen de verschillende onderdelen van Resultaten behandeld worden.

In OSIRIS worden 3 soorten resultaten onderscheiden:

• Toetsresultaat: dit resultaat wordt vastgelegd op het niveau van een toets. OSIRIS berekent op basis van behaalde toetsresultaten en de weging binnen een cursus een berekend resultaat voor de cursus. Per faculteit kan worden ingesteld of het hoogste, laatste of eerste voldoende toetsresultaat in het berekend resultaat wordt meegenomen.
• Cursusresultaat: dit resultaat wordt vastgelegd op het niveau van een cursus en zorgt ervoor dat OSIRIS geen resultaat meer berekent op basis van toetsen. Dit cursusresultaat wordt bijv. gebruikt voor het registreren van vrijstellingen. De aanwezige openstaande toets inschrijvingen (zonder resultaat) worden verwijderd.
• Geldend resultaat: voor een cursus bestaat één geldend resultaat. Als een cursusresultaat is geregistreerd, dan wordt dit door OSIRIS gebruikt als geldend resultaat. Anders leidt het berekend resultaat op basis van toetsresultaten tot het geldend resultaat van de cursus voor de student.

Het invoeren van resultaten gebeurt op niveau van het toetsresultaat. Deze toetsresultaten leiden vervolgens tot een geldend resultaat. Een geldend resultaat wordt niet ingevuld in OSIRIS, deze wordt automatisch berekend door OSIRIS.

Een cursusresultaat vul je nooit los in, tenzij het een vrijstelling betreft. Een vrijstelling voor een cursus wordt verleend op cursusniveau. Hierbij wordt de datum van het besluit van de examencommissie gehanteerd als toetsdatum. Bij de HG is het hoogste resultaat het geldende resultaat. Als er slechts 1 toets met een weging van 100% is opgegeven bij de cursus, is er geen onderscheid tussen een toetsresultaat en cursusresultaat.

Er zijn (conform statuut) binnen HG twee resultaatschalen, een resultaat kan numeriek met 1 decimaal (1,0  10,0) of alfanumeriek zijn (O/V/VR/A/NA/GK).

Zoals statutair bepaalt binnen de HG ligt de voldoendegrens op het cijfer 5,5.

Daarnaast is er een resultaatsschaal aangemaakt voor cursusresultaten, met alleen de beoordeling ‘VR’  vrijstelling.

Als de student voor alle verplichte toetsen een poging gedaan heeft en voor één of meerdere toetsen lager scoort dan het minimum cijfer voor de toets, dan berekent OSIRIS als geldend resultaat NVD (niet voldaan).

Tot het moment dat inloggen via sterke authenticatie gerealiseerd is, worden resultaten door de docent ingevoerd als concept. Pas na ondertekening krijgt het resultaat de status definitief. Een student ziet het cijfer niet zolang deze nog op concept staat. Resultaten van een student worden alleen goed weggezet bij een geldige inschrijving van de student (actiefcode 4) en een koppeling van de student aan het juiste examenpakket.

Studenten schrijven zich in op onderwijs. Hiermee zijn ze automatisch ingeschreven voor alle werkvormen van deze cursus en alle toets-gelegenheden. Resultaten van de studenten worden door de docent bij een cursus ingevoerd en vervolgens elektronisch ondertekend door diezelfde docent. (zie werkinstructie OSIRIS-docent/begeleider)

Mocht het om het om welke reden dan ook nodig zijn om dit door de backoffice te laten doen, dan kan dit ook. Resultaten op de toetsen kunnen vanuit de backoffice op twee manieren worden ingevoerd: per individuele student of groepsgewijs.

Voor toets resultaten individueel ga naar menu 2.1.65 Student->Student->Studentgegevens.